• icon
  • icon
  • icon
  • icon
  • icon

Realisatie bijenheuvels omgeving Delft-Zoetermeer

Bestaand uit een open, zandige grond met een variatie aan hout biedt een bijenheuvel op een creatieve manier een leefomgeving aan wilde bijen. Goed nieuws voor de wilde bijen in omgeving Delft-Zoetermeer. In 2022 realiseerde Krinkels namelijk drie bijenheuvels tussen het Delftse hout en Balijbos in Zoetermeer.

Bedreiging van wilde bijen

Bijen en andere insectensoorten zijn van groot belang voor de biodiversiteit. Zij transporteren stuifmeel van bloem naar bloem. Bestuiving is voor meer dan 85% van de wilde plantensoorten nodig om zich voort te planten. Wereldwijd daalt het aantal bestuivende insecten. In Nederland dreigt zelfs meer dan de helft van de 360 bijensoorten te verdwijnen. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) stelde daarom de Nationale Bijenstrategie op voor het behoud en de groei van de bijenpopulatie. Binnen deze strategie krijgen gemeenten en andere organisaties een rol om leefomgevingen van wilde bijen te creëren en beheren. Staatsbosbeheer en de gemeenten Zoetermeer, Delft en Pijnacker Nootdorp leveren hun bijdrage door de realisatie van tientallen bijenverblijven tussen het Delftse hout en Balijbos in Zoetermeer. Drie hiervan zijn al gerealiseerd.

Zorgvuldige keuze

Niet iedere plek is zomaar geschikt voor een bijenheuvel. Het bepalen van de locaties was daarom de eerste stap. Bijen geven voorkeur aan warme omstandigheden. Een zonbeschenen plek, met een droge ondergrond, is dus een geschikte locatie. Hierbij is het belangrijk dat de bijenheuvels beschermt zijn tegen de wind. Omdat bijen modder gebruiken ter afsluiting van nestgangen dient een bijenheuvel dichtbij open water te zijn. Aan de hand van deze voorkeuren leverden de ecologen van Staatsbosbeheer en gemeenten Delft en Pijnacker-Nootdorp informatie aan waarop we de locaties baseerde.

Realisatie van de bijenheuvels

De verscheidenheid aan los zand, hellingen en houtsoorten  maken een geschikte nestelomgeving voor veel verschillende bijensoorten. We creëerden een kuil door bestaande grondslag af te graven en het vrijgekomen zand op te vangen. Dit vulden we met een laag leemhoudend zand van een halve meter dik. Aangelegd in reliëf ontstonden diverse nestgelegenheden voor verschillende ondergrondse bijensoorten. Door het eerder uitgegraven zand toe te passen als schorsgrond hergebruikten we dit ter opsluiting van het leemhoudende zand.

We plaatsten zowel horizontaal als verticaal Essen- en Eikenboomstammen verspreid over de verschillende hoogtes van de heuvel om te dienen als nestelplaats voor bovengrondse bijensoorten. Deze boomstammen kwamen vrij uit rooiprojecten en geven, naast een nestelplaats, invulling aan de ambitie om een circulaire bedrijfsvoering na te streven. Om het vestigen in dit hout aantrekkelijker te maken, boorden we gaten van vier tot acht millimeter in de zonbeschenenzijde van de stammen.

Unieke bijenheuvel

Eén van de bijenheuvels pakten we anders aan. In plaats van een heuvel kozen we voor een leemwand. We ruilden het reliëf en de variërende boomstammen in voor onbehandeld Europees robiniahout, verticaal opgevuld met leemhoudend zand. Zo krijgen bijen de mogelijkheid om gangen te graven waar zij hun eitjes inmetselen. Het unieke van deze verticale bijenheuvel is het circulaire gebruik van het gekozen hout. Dit grove hout waren lokale bomen, gekapt vanuit veiligheidsoverwegingen. De toepassing in de bijenheuvels maakt het hout duurzaam verantwoord.

bijenheuvels | ecologie | biodiversiteit | groen | onderhoud | beheer | aanleg | bijen | insecten | Delft | Zoetermeer | Pijnacker-Nootdorp | Staatsbosbeheer

Toekomst

De volgende stap is het inrichten van de omgeving. Ter bescherming van de bijenheuvels plaatsen we bij elke heuvel een bord. Zo wijzen we mensen op het doel van de bijenheuvels en verzoeken we om deze niet te verstoren. Hiernaast houden we toezicht op de bijenheuvels. We zetten één van onze eigen ecologen in om ontwikkelingen in de heuvels te bestuderen. Hierbij kijken we onder anderen naar het aantal bijen en gegraven tunnels.

Naast het observeren richten we de bijenheuvels verder in. Bijen hebben binnen een straal van 100 meter voldoende nectar en stuifmeel nodig. Daarom is de jaarronde aanwezigheid van bloeiende inheemse kruiden en struiken een essentieel element in de omgeving van een bijenheuvel. Met de voedselgelegenheid in acht genomen selecteerden we zorgvuldig nectarleverende beplanting, waaronder de vuilboom, struikklimop, eenstijlige meidoorn en verschillende wilgensoorten.

Na het inrichten van de omgeving onderhouden we de bijenheuvels. Om ervoor te zorgen dat wilde bijen de bijenheuvels blijven gebruiken mag er niet teveel onkruid groeien. Geringe begroeiing is daarom het streven. De invulling van het beheer is afhankelijk van wat nodig is. Staatsbosbeheer richt dit zelf in met vrijwilligers.

Meer weten?

Ben je enthousiast geworden over de realisatie van bijenheuvels, neem dan contact op via info.krinkels@nl. Wij vertellen je graag meer!


Deel artikel

Archief